vrijdag, juni 23, 2006

Het (t)rommelt in het zuiden

EINDHOVEN IN DE BAN VAN DE SAMBA

Wie aanstaande zondagmiddag in Eindhoven de grond voelt trillen, moet niet raar opkijken. Dan spelen 280 percussionisten uit heel Nederland zich de blaren op hun vingers tijdens de grote finale van het zevende Festo do Samba, Nederlands grootste sambafestival.

Het aantal sambabands in Nederland kent een onstuimige groei. Een jaar of tien geleden kon je ze op één hand tellen, anno 2006 zijn er meer dan zeventig ‘‘baterias’ actief. Ruim veertig daarvan bevinden zich in Limburg en Brabant. Dat komt doordat er net als in Brazilië carnaval wordt gevierd, maar ook doordat de muzikanten elkaar simpelweg aansteken, vertellen ‘sambistas’ Elsa Hesseling (47) en Ruud Coolen (42).

Verslaafd aan samba
Hesseling is lid van de dertigkoppige Eindhovense groep Os Malandros en het brein achter het Festo do Samba. Ze zegt al dertig jaar ‘verslaafd’ te zijn aan de Braziliaanse percussie en heeft het swingende fenomeen zien groeien. ““Op de eerste editie van het Festo kwamen een paar honderd bezoekers af, nu verwachten we er 80.000. In het begin zag je dat sambabands elkaar als concurrenten zagen. Dit festival heeft dat veranderd. Bands luisteren naar elkaar, wisselen ervaringen uit en sluiten vriendschappen.”

De Maastrichtse Bateria Volle Petaj treedt zondag ook op. In 1991 was het nog een ongeordende groep trommelaars, die het straatcarnaval opsierde. Na een ontmoeting met het ervaren Os Malandros kwam de ommekeer. Ruud Coolen, muzikaal leider van Volle Petaj: ““We werden uitgenodigd voor een repetitie. Daar keken we onze ogen uit en dachten: aha, zo moet dat dus. Daarna hebben we steeds meer ontdekt over de samba en kwamen we erachter hoe we aan Braziliaanse instrumenten konden komen.”

Honderden percussionisten tegelijk
Na een reis naar bakermat Brazilië waren de bandleden helemaal verkocht. “We hebben in Salvador en Rio de Janeiro supergroepen gezien. Honderden percussionisten tegelijk, dat was enorm indrukwekkend.” Het pionieren en succes van Volle Petaj heeft een ware sambamanie teweeggebracht in Maastricht. De stad heeft tegenwoordig tien grote baterias. “Ik hou het niet eens meer bij’, lacht Coolen.

Toch is de stevige percussie niet voor ieders oren geschikt, heeft Coolen gemerkt. “Of je vindt het fantastisch, óf verschrikkelijk.” Hesseling denkt er anders over: “Wij moesten een keer optreden bij een architectengala in het Kurhaus. Toen ik door een kier al die mensen in hun nette pakken zag zitten, dacht ik: dit wordt drie keer niks. Maar nog tijdens het eerste liedje gingen de schoentjes uit en de stropdassen los. Ze hebben zelfs op de tafels gedanst, ongelofelijk!”
(ANP)